Vroeger deden we een paar stukjes carbid met water in de melkbus.
Doordat er water op het carbid komt gaat dit gassen. Nu hebben we een vergasser en dit gaat dit vele malen makkelijker. We hoeven nu geen bussen meer schoon te maken omdat ze lang niet meer zo vies worden. Door het gebruik van de vergasser schieten we ook veel zuiniger, er gaat namelijk veel minder gas verloren.
Vroeger gebeurde het vaak dat er verschillende bussen stonden na te gassen, omdat er te veel water in de bus was gespoten. Dankzij van de vergasser gebeurt dit niet meer. Sinds het gebruik van onze vergasser kunnen we nu ook veel vaker schieten, want we blazen kant en klaar carbidgas in de bussen.
De werking van De Vergasser
In de vergaspot zit water. Als we daar nu carbid in deponeren krijg je een chemische reactie en ontstaat er acetyleen gas (carbidgas).
Als het carbid in het water komt gaat het dus gassen en sluiten we de bovenkant van de vergaspot af. Dit doen we met een afsluiter van een giertank.
Doordat er veel gas ontstaat loopt de druk in de vergaspot op, daardoor stroomt het gas door een slang naar de opslagtank.
Het gas komt nu boven op het water in de voorraad tank (deel A). De druk van het carbid gas is hoger dan de buitenlucht, hierdoor wordt nu het water wat in het onderste deel (A) staat, door de buis naar het bovenste deel van de opslagtank gedrukt (deel B). Aan de rechterkant van de opslagtank hebben we een doorzichtig kijkbuisje gemaakt. Hierdoor kunnen we zien hoe hoog het water in het onderste deel staat van de opslagtank (deel A).
Nu de vergastank helemaal vol met carbidgas zit, zoals in de tweede tekening, kunnen we de melkbussen gaan vullen. Als we de melkbussen vullen wordt het carbidgas in het onderste deel (deel A) minder en stroomt het water vanuit het bovenste deel (deel B) naar het onderste deel (deel A) van de vergasser. Bij ons op de vergasser zit ook nog een overdrukketel. In deze overdrukketel kunnen we carbidgas opslaan als de gasdruk te hoog wordt in de vergaspot.
Als de gasdruk in de vergaspot te hoog oploopt, dan hoeven we het carbidgas niet zomaar ongebruikt te laten weglopen.